Kelderkinderen: ‘Informatie in boek is niet waar!’

De kinderen van Gerrit Jan van D. zijn niet blij met het net verschenen boek ‘Spookhoeve Ruinerwold’. In een reactie laten de negen jongvolwassenen weten dat in het boek veel onwaarheden staan.

Informatie uit strafdossier

Marcel Vinken en Silvan Schoonhoven waren gisteravond in Op1 te gast om te praten over hun boek. Zij schreven over Gerrit Jan van D., zijn negen kinderen en wat er zich afspeelde in de boerderij in Ruinerwold. De twee schrijvers spraken niet met de kinderen of Gerrit Jan, maar baseerden zich op de chatgeschiedenis van Gerrit Jan, informatie op de Facebookpagina en verschillende blogs van de man en lazen delen uit het strafdossier. ,,We hebben geprobeerd om in de geest te kruipen van Gerrit Jan van D. En dat kon heel goed op basis van al die gegevens die wij hadden’’, zei een van de schrijvers.

‘Duister gezin’

De kinderen zijn het daar echter niet mee eens. Zij hebben een reactie gegeven op de publicatie. ,,We zijn hard geraakt door de manier waarop er met onze informatie wordt omgegaan en in een boek terecht is gekomen. Het schaadt ons extra in deze moeilijke situatie, terwijl we veel van wat we lezen niets met de waarheid te maken heeft. Het kwetst ons dat er in de titel wordt gesproken van een duister gezin, waardoor het lijkt alsof wij iets verkeerd hebben gedaan.’’

De kinderen van Van D. vinden het daarnaast heel erg vervelend dat gevoelige en privé-informatie nu op straat ligt. Tegelijkertijd werken er wel een paar van hen mee aan een documentaire van Jessica Villerius.

Advocaat en OM niet blij

De twee schrijvers kunnen binnenkort een aanklacht verwachten. De advocaat van Gerrit Jan van D. liet namelijk weten juridische stappen te overwegen. Ook het OM is niet blij met de verschijning van het boek. ,,Het OM heeft geen kans gehad vooraf inzage te krijgen of te reageren op de inhoud. Ook hebben we daardoor de schrijvers niet kunnen waarschuwen voor de kwalijke gevolgen die dit heeft voor de betrokkenen, onder wie de kinderen en de verdachten, en het lopende onderzoek.”