DOUWE BOB EET GRAAG VAN TWEE WALLETJES
Het is al bijna een jaar geleden dat Douwe Bob Posthuma ons land vertegenwoordigde op het Songfestival in Stockholm. Vanaf het moment dat zijn deelname bekend werd, belandde de jonge Amsterdamse singer/songwriter in een enorme rollercoaster. „Het festival heeft me heel veel moois gebracht”, vertelt Douwe. „Maar soms denk ik: heb ik nog niet genoeg van mezelf gegeven? Het is nooit genoeg…”
„Ik vind dat ik aan niemand verantwoording hoef af te leggen.”
Wat het Songfestival me allemaal heeft gebracht? Dat is bijna te veel om op te noemen”, vertelt Douwe Bob Posthuma (24) aan een van de tafels van zijn café The Fool Bar in Amsterdam-Oost. „Laten we vooropstellen dat het Songfestival mij veel heeft gegeven, maar ik het Songfestival ook. Ik ben iemand die best veel over zichzelf vertelt, waar ik overigens altijd achter sta. Maar dat veroorzaakte uiteindelijk een soort EK-gevoel dat heel overweldigend was. Waarbij ik natuurlijk soms wel eens denk: het mag ook wel een tandje minder.”
Douwe Bob, grootgebracht in een gebroken, maar creatief, expressief
gezin is van zowel vaders als moeders kant begi igd met artistiek talent. Zijn moeder Ellen Benard was danseres en zijn vader Simon maakte deel uit van een kunstenaarscollectief en werkte in die hoedanigheid samen met wereldberoemde artiesten als ‘The Beatles’. De twee scheidden midden jaren negentig toen Douwe drie jaar oud was.
Hij werd door beide ouders opgevoed, wat ze allebei op hun eigen manier deden zoals in de prachtige documentaire ‘Whatever Forever’ die in 2012 uitkwam duidelijk werd. Douwes vader leefde een leven waarin drank en drugs niet werden geschuwd en zijn moeder trok de onregelmatigheid die dat met zich meebracht voor Douwe als het haar beurt was, wel weer recht. Zoals ze liefdevol vertelde in de docu: „Hoe zijn vader ook leefde, contact tussen hen is hartstikke belangrijk. En wat kan het mij dan schelen of hij schone kleren aan heeft gekregen? Dat kwam wel weer als hij bij mij was.”
Afgezien van de creativiteit zijn beide karakters van de ouders stevig in dat van Douwe Bob verankerd. „Wat ik mooi aan ze vind, is dat ze allebei op hun eigen manier een brandend vuur in zich hebben. Passie voor wat ze vinden, doen en hebben gedaan. Al denk ik dat ik de felheid waarmee ik kan reageren wel meer van mijn moeder heb. Ja… daarin lijk ik wel op haar.”
Als gevolg van overmatig drankgebruik kreeg Douwes vader Korsakov en werd hij het jaar voordat zijn zoon naar Stockholm afreisde opgenomen in een verzorgingstehuis. Dat de band tussen vader en zoon onmetelijk sterk is blijkt als Douwe over de kroeg vertelt die hij met zijn hartsvriend Nando afgelopen jaar kon openen.
The Fool Bar
„We hebben het The Fool Bar genoemd en dat is niet toevallig”, vertelt Douwe. „Het collectief waar mijn vader zo lang bij zat, heette The Fool. Dit café, deze naam is een eerbetoon aan hem. Of hij trots was? Ik denk het wel.” Hij valt even stil en kiest zijn woorden zorgvuldig. „Maar hij is te trots om te zeggen dat hij trots op me is.”
Wat je Douwe die bekend werd doordat hij in 2012 Giel Beelen’s ‘Beste singer/ songwriter van Nederland’ won ook vraagt, hij geen bijna altijd antwoord. „Het kan misschien lijken of ik een flapuit ben, maar geloof me, ik sta overal achter. Al kan het natuurlijk best zijn dat ik een dag later iets anders tegen dingen aan kijk. Waar ik wel achter ben gekomen, is dat de openheid die ik geef, omdat ik begrijp dat mensen nieuwsgierig naar me zijn, nooit genoeg is. En dat wordt blijven gegraven naar dat kleine stukje dat ik voor mezelf wil houden. Het is nooit voldoende.”
Zijn liefdesleven houdt Douwe dan ook graag voor zich. „Vorig jaar was ik op Kreta op vakantie en kwam daar een club vrienden tegen. Toen werd ik meteen gekoppeld aan een meisje, wat gewoon niet klopte. Tja, toen heb ik geroepen op sociale media: deel ik nog niet genoeg van mezelf?”
Aan de andere kant schroomt de talent- volle zanger er niet voor om te vertellen over zijn biseksualiteit. „Daarvan zie ik het maatschappelijke belang”, zegt hij. „Als je een boodschap van liefde kunt geven, waar anderen iets aan kunnen hebben, denk ik dat het belangrijk is om dat te delen voor iemand in mijn positie. Het heeft ergens te maken, nu al, met het doorgeven van de fakkel van vrijheid. Vrijheid is het belangrijkste wat er is. Daarom is voor mij ook belangrijk dat The Fool Bar een plek is waar iedereen, die niet per se in een bepaald hokje te plaatsen is, lekker een biertje kan drinken. Kan luisteren naar de plaatjes van onze jukebox. Een leuke, ongedwongen avond kan hebben. En ik heb deze kroeg ook nodig: om met beide beentjes op de grond te blijven staan. Achter de tap sta ik als Douwe de bartender en niet als de artiest. Wanneer ik er precies sta weet ik door mijn drukke agenda met optreden nooit. Maar als ik in The Fool Bar ben, ben ik gelukkig. Of ik nou een kopje koffie inschenk of een biertje tap. Het helpt relativeren.”
„Mijn lijflied”
Dan: „Ja, die vrijheid. Die is zo belangrijk voor me. Ik vind dat ik aan niemand verantwoording af hoef te leggen. Ik leef mijn leven, zonder dat ik een ander daarmee moedwillig kwets. Dat is vrijheid. Zie je die tatoeage op mijn knokkels?” Hij balt zijn vuisten en de woorden Free Bird worden zichtbaar. „Naar een lied van Lynyrd Skynyrd”, legt hij uit. Trots: „Mijn lijflied.” ■
„Klaar voor HMH”
,,Liedjes schrijven stopt voor mij nooit. Al werk ik alleen maar de goede ideeën uit om er een album van te maken. Dat is nu in ontwikkeling en al kan ik er nog niet veel over zeggen: het gaat een hele andere kant op dan mensen van me gewend zijn! Op 25 maart sta ik eerst in de HMH, daar heb ik veel zin in. En daarna rollen we een prachtig festivalseizoen in.”