Staat mocht onderzoek doen naar Arib na meldingen wangedrag

Deel op Facebook Deel op Twitter Deel op WhatsApp
Van onze redactie

DEN HAAG (ANP) – Het dagelijks bestuur van de Tweede Kamer en de hoogste ambtenaar mochten wel degelijk het onderzoek instellen naar voormalig Kamervoorzitter Khadija Arib, nadat er meldingen waren binnengekomen over grensoverschrijdend gedrag van haar. Dat oordeelt de rechter in een zogenoemde bodemprocedure.

Arib had de zaak aangespannen omdat het onderzoek in haar ogen onrechtmatig was. Haar advocaten Geert-Jan en Carry Knoops betoogden dat Kamerleden geen onderzoek mogen instellen naar andere Kamerleden. Ook stelden zij dat Arib geen werkgever was van de ambtenaren, want dat is immers de griffier als hoogste ambtenaar. Daarom was een dergelijk onderzoek in hun ogen niet geoorloofd. Tevens zeiden de advocaten dat Arib “lang de deur heeft opengehouden” voor medewerking, maar dat zij een halfjaar lang niets gehoord had van de onderzoekers.

Maar het presidium van de Tweede Kamer en de griffier vonden het onderzoek wel degelijk rechtmatig. De klachten tegen Arib waren in hun ogen zo ernstig, dat er geen andere optie was dan een onderzoek. Als dat er niet was gekomen, dan zou de Tweede Kamer haar zorgplicht naar de ambtenaren verzaken.

Reputatie

Volgens de rechter hadden het presidium en de griffier ook de plicht om de reputatie van Arib niet te beschadigen, maar die hebben zij volgens de rechtbank vervuld. Het onderzoek richtte zich alleen op de feitelijke juistheid van de meldingen, en niet op hoe Arib verder functioneerde als Kamerlid.

Ook heeft Arib voldoende gelegenheid gekregen om mee te werken aan het onderzoek. De advocaten van de Staat betoogden tijdens de zitting in oktober dat Arib zelf actief moeite deed om niet geïnformeerd te worden. Volgens hen heeft Arib minstens vier keer de mogelijkheid gekregen om haar kant van het verhaal te doen, maar saboteerde zij zelf telkens die kansen.

Beschuldigingen

Arib werd in twee brieven beschuldigd van het uitsluiten of negeren van kritische ambtenaren, het zich bemoeien met de ambtelijke organisatie en het hanteren van “negatief ervaren verbale omgangsvormen”. Volgens onderzoeksbureau Hoffman zijn van de zeventien beschreven situaties zestien “ondersteund door informatie die onderzoekers hebben verkregen”. Wel verliepen sommige gevallen anders dan beschreven, en is het niet zo dat ambtenaren zouden zijn ontslagen na valse aantijgingen door Arib.

De rechtbank oordeelt niet of de beschuldigingen tegen Arib waar zijn. Daarvoor zou een andere procedure nodig zijn.

 

ANP

 

 

Lees verder

Mis geen enkele winactie!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Facebook Twitter

DenD Partners

  • Dirk
  • Brookland
  • LAM jouw museum
  • Dirck