Songfestivalorganisatie belooft beterschap in vlaggenbeleid

De organisatie van het Eurovisie Songfestival erkent dat er dit jaar dingen niet goed zijn gegaan met het vlaggenbeleid aan de deur van de Malmö Arena. De European Broadcasting Union (EBU) betreurt het dat mensen ten onrechte hun regenboog- of andere Pride-vlag moesten inleveren.

“Pride-vlaggen (van alle lgbtq+-gemeenschappen) waren niet verboden en waren welkom naast de vlaggen van de deelnemende landen”, verzekert de organisatie op Instagram. “Maar soms gaan dingen niet zoals gepland tijdens complexe live-evenementen en we erkennen dat we dit beter hadden kunnen doen. We betreuren het als er mensen zijn die ten onrechte hun vlag moesten inleveren of het gevoel kregen dat zij hierdoor niet hun authentieke zelf konden zijn.”

De organisatie voelde zich geroepen om iets over hun vlaggenbeleid te schrijven nadat er eerder zaterdag een bericht op Instagram verscheen ter ere van de start van Pride Month. Veel volgers noemden de post “hypocriet” omdat de Zwitserse winnaar Nemo stelde dat hen de non-binaire vlag niet op podium mocht meenemen. De artiest, die non-binair is, moest de vlag “naar binnen smokkelen”, zei hen na afloop van diens winst.

EU-vlag

Het songfestival benadrukt “ontzettend trots” te zijn op Nemo en alle non-binaire, trans- en queerfans. “We zijn hen dankbaar dat ze dit onder onze aandacht hebben gebracht”, luidt het bericht van de EBU.

Al eerder klaagden veel mensen over het vlaggenbeleid. Zo mochten sommige fans in Malmö ook niet met de Europese vlag naar binnen. Eurocommissaris Margaritis Schinas vroeg de EBU vervolgens om opheldering. De omroepenkoepel gaf toen de “gevoelige globale politieke context” als verklaring. “Het was nooit onze bedoeling de EU-vlag zelf in diskrediet te brengen”, aldus de EBU.

BuzzE