Pijnlijk…recensent vernietigend over restaurant Herman
Herman den Blijker zal een keer hebben moeten slikken toen hij de recensie van zijn nieuwe restaurant Goud in de Volkskrant las. Door journaliste Hiske Versprille wordt Goud namelijk compleet afgebrand.
Kreeft
,,Wij zitten ondertussen aan het tafeltje achter de nepplant en hebben net twee erg slechte cocktails gekregen van een ober die ons vanaf het moment dat we binnenkwamen al het gevoel geeft dat onze aanwezigheid hem eigenlijk een beetje ontrieft”, schrijft Hiske in haar recensie. De journaliste en haar gezelschap kiezen voor een viergangenmenu én voor vier gerechten van de kaart. Helaas valt het niet in de smaak. ,,Van de kaart hebben we als eerste gang de ‘Steaktartaar zonder vlees’ (€ 13,50) besteld, en die blijkt gemaakt van al geruime tijd geleden gesneden tomaat – de randjes zijn al een beetje moezig geworden – gemengd met kappertjes, bieslook en sjalot, met een helgele mosterdcrème erop. We missen zout en vettigheid, de crème is eendimensionaal zuur: het is overduidelijk dat niemand dit heeft geproefd.”
De problemen beginnen pas écht als Hiske met de ober gaat praten over bijpassende wijn. Die raadt namelijk twee keer de duurste wijn van de kaart aan. Daarna vraagt Hiske aan de ober waarom er rivierkreeft in haar voorgerecht zit in plaats van Oosterscheldekreeft. ,,‘Ja, nou en?’, blaft hij. ‘Vindt u ’t niet lekker dan?’ En dan, als we aanhouden: ‘Er zit een hálve kreeft in, hoor!’ Dat is beslist niet het geval. Hij komt terug uit de keuken met het verhaal dat de Oosterscheldekreeft momenteel zó duur is (overigens waar, de vangst valt tegen) dat ze goedbeschouwd niet anders kúnnen dan hun gasten belazeren, omdat anders de prijs van het gerecht omhoog zou moeten. We krijgen geen excuses.”
Reactie
De topkok is absoluut niet blij met het artikel van Hiske. ,,Natuurlijk gaat er weleens wat mis, maar in het beeld dat de journalist schetst herkennen we ons helemaal niet, en wat belangrijker is: onze klanten ook niet”, laat Herman weten in een reactie aan het AD. ,,Ik vind het wel heel naar voor de jongens in de keuken, die veertig tot tachtig uur in de week het beste van zichzelf geven. Dat je met zo’n stuk mensen pijn kunt doen, realiseer de journaliste zich niet.”