Mijn kat eet slecht
Je zorgt graag goed voor jouw kat, dus je vindt het belangrijk dat hij voldoende voeding krijgt. Maar wat nu als jouw kat slecht of helemaal niet wil eten? Wat kun je zelf doen en wanneer moet je met jouw kat naar de dierenarts?
Katten kunnen slecht eten als ze misselijk zijn of pijn hebben. Symptomen die op misselijkheid of pijn kunnen duiden, zijn behalve overgeven ook terugdeinzen bij het voerbakje, speekselen of knarsetanden.
Een misselijke kat komt in een vicieuze cirkel terecht: door de misselijkheid eet hij niet, waardoor hij nog misselijker wordt. Daarom is het belangrijk zo snel mogelijk te achterhalen waarom jouw kat misselijk is.
Ook als de kat symptomen vertoont die op een mogelijke ziekte duiden, zoals afvallen, meer of minder drinken en plassen, sloomheid of juist hyperactiviteit, is het belangrijk naar de dierenarts te gaan.
Is een kat ziek dan kan er een negatieve associatie ontstaan met de voeding, met het voerbakje of zelfs met de plek waar het voerbakje staat. In de beleving van de kat is hij hierdoor ziek (misselijk) geworden. Dit kan de reden zijn waarom hij ook als hij beter is een slechte eetlust blijft houden.
Als uw kat langer dan één tot maximaal twee dagen niet eet, is er reden om u zorgen te maken en kunt u het beste contact opnemen met uw dierenarts. Katten kunnen namelijk heel slecht tegen vasten/niet eten.
Andere voeding
Als jouw kat geen medisch probleem heeft, maar slecht eet, kun je hem andere voeding aanbieden en kijken of hij die wel eet. Het kan helpen om deze voeding in een ander bakje te doen en op een andere plaats te zetten om eventuele negatieve associaties te doorbreken. Zet het etensbakje altijd op een rustige locatie en geef, als er meer katten in huis zijn, iedere kat een eigen voerbakje op enige afstand van elkaar.
Meerdere keren per dag
Zorg voor een plat bakje of schaaltje zodat de snorharen niet in de verdrukking komen. Houd minimaal anderhalve meter afstand tussen de kattenbak en de voerbak en zet water en voeding niet naast elkaar. Geef meerdere malen per dag kleine porties. Hierdoor blijft de voeding vers en aantrekkelijk voor de kat. Serveer natvoeding altijd op kamertemperatuur. Probeer uw kat eventueel door middel van een spelletje te prikkelen. Rol de brokjes over de vloer zodat hij er achteraan kan rennen.
Nog slecht eten?
Mocht je kat nog steeds slecht eten, dan kunt u hem het beste een voeding met een hoog gehalte aan eiwit en vet aanbieden. Dan hoeft uw kat minder te eten om aan hem dagelijkse hoeveelheid calorieën te komen. Ook wordt voeding met een hoog eiwitgehalte vaak lekkerder gevonden. Laat de kat tenslotte rustig eten, en verricht nooit vervelende handelingen tijdens het eten. Blijft je kat ondanks bovenstaande adviezen niet of slecht eten, neem dan contact op met een kattengedragstherapeut.