KONING: VLIEGEN MAAKT MIJN HOOFD LEEG

Koning Willem-Alexander zat gisteren voor het laatst als co-piloot in de cockpit voor KLM Cityhopper. Reden om een uitgebreid interview te geven aan De Telegraaf waarin de Koning uitgebreid spreekt over zijn grote passie: vliegen.

Een bijzonder interview, want de Koning geeft niet vaak interviews aan anderen dan de publieke omroep. Het werd een openhartig gesprek waarin Willem-Alexander smakelijke anecdotes oplepelt over zijn liefde voor de KLM. De vermeende popster die hij ooit vervoerde en de verbazing bij passagiers als ze hem achter de stuurknuppel ontdekken.

De mooiste citaten hebben we hier voor je verzameld:

Over hoe hij ooit met vliegen is begonnen:

„Het was een jongensdroom. Ik had na mijn eindexamen in Wales in 1985 een maand over. Toen heb ik mijn eerste vliegbrevet gehaald. Na mijn diensttijd ben ik naar de rijksluchtvaartschool gegaan, en heb daar al mijn beroepsbrevetten gehaald. Dus uiteindelijk is het van het één op het ander gegaan.”

Over hoe hij zich ontspant bij als piloot:

„Voor mij is het belangrijkst dat ik een hobby heb waar ik me volledig op moet concentreren. Je hebt een vliegtuig, passagiers en een bemanning. Daar draag je verantwoordelijkheid voor. Je kan je problemen van de grond niet meenemen naar boven. Je kan je even volledig los schakelen en ergens anders op concentreren. Dat is voor mij de grootste ontspanning van het vliegen.”

Over dat hij niets te maken heeft de aanschaf van het nieuwe regeringsvliegtuig de Boeing 737:

„Nee, echt niets. Meer dan 80 procent van mijn vluchten zijn bij de KLM. Vliegen op het regeringsvliegtuig, daar hou ik mijn brevet niet mee bij. Daarvoor moet ik gastvlieger bij de KLM zijn, ongeacht wat het regeringsvliegtuig is. Het is een bonus als het type hetzelfde is. Maar als het niet kan, is het niet erg. Het gaat erom dat ik die 150 vlieguren per jaar moet maken. En die maak ik bij KLM. Kijk, als ik die Embraer was gaan vliegen, dan was er ook een 737 als regeringsvliegtuig gekomen.”