Aantal gevallen van mazelen iets toegenomen, nog geen afvlakking

Advertentie
DEN HAAG (ANP) – Het aantal gevallen van mazelen blijft stijgen, maar de toename gaat iets langzamer. In de afgelopen week zijn 42 nieuwe gevallen geregistreerd, tegen 51 in de week ervoor en 50 nog een week eerder. Het is echter nog te vroeg om van een afvlakking te spreken, aldus het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
Sinds het begin van dit jaar zijn 251 besmettingen gemeld. Dat is meer dan in de jaren 2020, 2021, 2022, 2023 en 2024 bij elkaar.
Net als vorige week zijn er clusters rond vijf basisscholen in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Almere en Helmond. Volgens het RIVM gaat het om openbare, islamitische en antroposofische scholen waar relatief weinig leerlingen gevaccineerd zijn. Het cluster in Den Haag is stabiel en het aantal nieuwe meldingen uit Helmond daalt. Er is geen landelijke uitbraak, voegt het instituut eraan toe.
Feestdagen
In de afgelopen zes weken zijn 76 gevallen vastgesteld in de regio Rotterdam-Rijnmond. Amsterdam had in die periode 51 besmettingen en Brabant-Zuidoost 26. In Flevoland zijn sinds half februari 23 infecties geregistreerd. Omgerekend komt dat neer op bijna 4,7 gevallen op elke 100.000 inwoners, en dat is na Rotterdam-Rijnmond de hoogste ‘incidentie’ in het land.
Het RIVM zegt de situatie goed in de gaten te houden vanwege de feestdagen. Het islamitische Eid al-Fitr (Suikerfeest) is net geweest. Pasen volgt op 20 en 21 april, Koningsdag wordt dit jaar gevierd op 26 april. Op zulke dagen komen veel mensen bij elkaar en kan een infectieziekte als mazelen zich mogelijk meer verspreiden.
Plekjes op huid en ontstoken ogen
De meeste mensen met mazelen knappen vanzelf op. De ziekte veroorzaakt onder meer plekjes op de huid en ontstoken ogen. In zeldzame gevallen kan een longontsteking of hersenvliesontsteking volgen.
In Nederland komt de ziekte door vaccinaties relatief weinig meer voor. Het huidige aantal besmettingen ligt wel op het hoogste niveau sinds de laatste echte uitbraak, in 2013.
ANP